Deze software is het Windows-printerstuurprogramma voor TSP650II.
Door het installeren van het printerstuurprogramma kunt u de standaard afdrukfunctie gebruiken die u in de meeste Windows-toepassingen vindt.
U moet een printerwachtrij maken om de functie van het printerstuurprogramma te gebruiken. U kunt met de volgende procedure een printerwachtrij maken.
Zodra de printerwachtrij is gemaakt, kunt u de printerinstellingen wijzigen. Wijzig de printerinstellingen met de volgende procedure.
U kunt verschillende printerfuncties configureren volgens elke printerwachtrij.
Uw printerstuurprogramma ondersteunt 'Line' en 'Raster'. Het gebruik van een verschillende 'Print Mode' maakt verschillend gebruik en verschillende functies mogelijk.
Het is mogelijk om grafische gegevens op hoge snelheid af te drukken met de modus 'Raster'. Apparaatlettertypen kunnen echter alleen met de modus 'Line' worden gebruikt.
De beschikbare functies in elke modus zijn hieronder weergegeven. Klik op de koppeling van de functienaam voor een gedetailleerde beschrijving.
Apparaatinstellingen | Line | Raster |
---|---|---|
Paper Type | OK | OK |
Print Speed | OK | OK |
Print Density | OK | OK |
Reverse Printing | × | OK |
Data Treatment Recover From Error | OK | OK |
Paper Cut | OK | OK |
NVLogo afdrukken | OK | × |
Soft Logo afdrukken | × | OK |
Besturingsfunctie voor externe randapparatuur | OK | OK |
Andere functies | Line | Raster |
---|---|---|
Papierformaat | OK | OK |
Apparaatlettertypen | OK | × |
Het tabblad 'Apparaatinstellingen' van het eigenschappenvenster van uw printerwachtrij bevat veel verschillende instellingen. Open het tabblad 'Apparaatinstellingen' met de volgende procedure.
De beschrijving van de inhoud voor elke functie wordt hieronder weergegeven.
U kunt 'Line' of 'Raster' kiezen voor uw document.
'Raster' is geselecteerd als de standaardinstelling. De functies van het printerstuurprogramma verschillen volgens deze afdrukmodusinstellingen. Voor gedetailleerde informatie, raadpleeg dan de informatie hier.
Wij raden u aan de modus 'Raster' te kiezen voor de USB-interface en de modus 'Line' voor de seriële interface. Zo profiteert u maximaal van de specificatie van uw printer.
U kunt met twee verschillende instellingen voor 'Paper Type' een 'Receipt' van variabele lengte of een 'Ticket' van vaste lengte afdrukken.
Gebruik de optie 'Receipt' als uw afdruktaken in lengte variëren en u deze direct na de laatste regel wilt afsnijden. (U kunt het papierformaat voor kassabonnen instellen bij Papierformaat.)
Gebruik de optie 'Ticket' als u wilt dat uw afdruktaken een vaste lengte hebben die u via Papierformaat instelt. Het papier wordt afgesneden wanneer het de ingestelde waarde bereikt.
Met deze instelling regelt u de snelheid waarmee de printer afdrukt.
In de meeste gevallen kunt u het beste de snelheidsoptie 'High' gebruiken. Wanneer de prioriteit van de afdrukkwaliteit hoger ligt dan die van de afdruksnelheid, moet u de optie 'Low' selecteren.
Met deze instelling regelt u hoe donker de printer afdrukt.
In de meeste gevallen kunt u het beste de optie 'Standard' gebruiken. Als u lichter wilt afdrukken, past u de waarde aan naar '-1' , '-2' of '-3'. Als u donkerder wilt afdrukken, past u de waarde aan naar '+1' , '+2' of '+3'.
Stel de instelling 'Reverse Print' in op 'Enable' om ondersteboven af te drukken.
Wanneer de fout optreedt, kunt u de onafgedrukte gegevens die al naar de printer zijn gestuurd zoals hieronder verwerken.
Als u de onafgedrukte gegevens wilt annuleren na herstel van de fout, selecteert u 'Clear Data By Document' en schakelt u het selectievakje 'Ondersteuning in twee richtingen inschakelen' op het tabblad 'Poorten' van 'Printereigenschappen' in.
Als u de onafgedrukte gegevens voortdurend wilt afdrukken na herstel van de fout, selecteert u 'Store Data' en schakelt u het selectievakje 'Ondersteuning in twee richtingen inschakelen' uit.
Met de instelling 'Page Cut Type' regelt u het afsnijden van alle pagina's van uw afdruktaak, behalve de laatste.
Als u niet wilt dat de pagina's van uw document worden afgesneden, kiest u de optie 'No Cut'. Wanneer u wilt dat uw afdruktaak gedeeltelijk wordt afgesneden, kiest u 'Partial Cut'.
Met de instelling 'Document Cut Type' regelt u het afsnijden van de laatste pagina van uw afdruktaak.
Als u niet wilt dat uw afdruktaak wordt afgesneden, kiest u de optie 'No Cut'. Wanneer u wilt dat uw afdruktaak gedeeltelijk wordt afgesneden, kiest u 'Partial Cut'.
NVLogo is een functie die logogegevens die werden geregistreerd in de printer met de logoregistratiefunctie van het printerhulpprogramma, afdrukt op pagina's of documenten.
Voordat u deze instelling start, moet u het logo op de printer registreren. Raadpleeg Hulp bij logo's opslaan voor printerhulpprogramma voor meer informatie.
Dit bepaalt de positie en gegevens van een logo als u het bovenaan op een document wilt afdrukken.
Om een logo links uitgelijnd af te drukken, selecteert u 'Left'. Om het logo gecentreerd af te drukken, selecteert u 'Center'. Om het logo rechts uitgelijnd af te drukken, selecteert u 'Right'. U kunt ook het nummer van de logogegevens die moeten worden afgedrukt, instellen in 'Key Code'.
Elk logo dat u hier kiest wordt bovenaan de eerste pagina van het document afgedrukt.
Als u 'No Use' selecteert, wordt het logo niet afgedrukt bovenaan op het document.
Dit bepaalt de positie en gegevens van een logo als u het bovenaan op een pagina wilt afdrukken.
Om een logo links uitgelijnd af te drukken, selecteert u 'Left'. Om het logo gecentreerd af te drukken, selecteert u 'Center'. Om het logo rechts uitgelijnd af te drukken, selecteert u 'Right'. U kunt ook het nummer van de logogegevens die moeten worden afgedrukt, instellen in 'Key Code'.
Elk logo dat u hier kiest wordt bovenaan de pagina afgedrukt.
Als u 'No Use' selecteert, wordt het logo niet afgedrukt bovenaan op de pagina.
Dit bepaalt de positie en gegevens van een logo als u het onderaan op een pagina wilt afdrukken.
Om een logo links uitgelijnd af te drukken, selecteert u 'Left'. Om het logo gecentreerd af te drukken, selecteert u 'Center'. Om het logo rechts uitgelijnd af te drukken, selecteert u 'Right'. U kunt ook het nummer van de logogegevens die moeten worden afgedrukt, instellen in 'Key Code'.
Elk logo dat u hier kiest wordt onderaan de pagina afgedrukt.
Door dit te configureren met de optie 'No Use', wordt het logo niet afgedrukt onderaan op de pagina.
Dit bepaalt de positie en gegevens van een logo als u het aan het einde van het document wilt afdrukken.
Om een logo links uitgelijnd af te drukken, selecteert u 'Left'. Om het logo gecentreerd af te drukken, selecteert u 'Center'. Om het logo rechts uitgelijnd af te drukken, selecteert u 'Right'. U kunt ook het nummer van de logogegevens die moeten worden afgedrukt, instellen in 'Key Code'.
Elk logo dat u hier kiest wordt aan het einde van de laatste pagina van het document afgedrukt.
Als u 'No Use' selecteert, wordt het logo niet afgedrukt aan het einde van het document.
Soft Logo is een functie waarmee gegevens die op een pc zijn opgeslagen, als een logo worden afgedrukt op een document of pagina.
Deze functie slaat de afgedrukte uitvoer van de printer op als gegevens zodat u dit kunt gebruiken als logo.
U kunt ook BMP-gegevens die op een pc zijn opgeslagen, als logo gebruiken.
Hiermee kunt u de gegevens die door Soft Logo worden gebruikt, zelf gebruiken door ze op te slaan in een map op een opgegeven locatie (Opstartstation:/Star/(naam afdrukwachtrij)/StarRasterLogoData/) telkens wanneer de gegevens worden afgedrukt. Om ze te gebruiken als BMP-gegevens, slaat u de bestandsnaam op met een volgnummer, te beginnen vanaf 0.
Als u 'Generate - ...' selecteert wanneer de logogegevens zijn ingesteld en vervolgens de inhoud die u wilt omzetten in een logo afdrukt, worden dezelfde gegevens als de afgedrukte uitvoer in BMP-formaat opgeslagen in een map op een opgegeven locatie telkens wanneer de gegevens worden afgedrukt.
U kunt de afgedrukte uitvoer van meerdere pagina's opslaan als meerdere delen van de logogegevens. Als de logogegevens worden opgeslagen wanneer de BMP-gegevens al zijn opgeslagen, worden de opgeslagen BMP-gegevens verwijderd en overschreven door de nieuwe logogegevens.
Klik op de knop 'Test Print' om alle BMP-gegevens af te drukken die zijn opgeslagen in de map die u hebt opgegeven op het ogenblik waarop u 'Generate - ...' hebt geselecteerd.
Als u 'Print Mode' selecteert, wordt de Soft Logo-afdruk altijd uitgevoerd wanneer logogegevens worden ingesteld.
Als u 'All - BMP' selecteert, worden alle BMP-gegevens in de map 'StartDoc' op de opgegeven locatie afgedrukt bovenaan het document. Als u 'Sequential - BMP' selecteert, worden alle BMP-gegevens in de map 'StartDoc' opeenvolgend op de opgegeven locatie afgedrukt bovenaan het document.
Als u 'No Use' gebruikt, wordt Soft Logo-afdruk niet uitgevoerd bovenaan het document.
Als u 'All - BMP' selecteert, worden alle BMP-gegevens in de map 'StartPage' op de opgegeven locatie afgedrukt bovenaan de pagina. Als u 'Sequential - BMP' selecteert, worden alle BMP-gegevens in de map 'StartPage' opeenvolgend op de opgegeven locatie afgedrukt bovenaan de pagina.
Als u 'No Use' gebruikt, wordt Soft Logo-afdruk niet uitgevoerd bovenaan de pagina.
Als u 'All - BMP' selecteert, worden alle BMP-gegevens in de map 'StartPage' op de opgegeven locatie afgedrukt onderaan de pagina. Als u 'Sequential - BMP' selecteert, worden alle BMP-gegevens in de map 'EndPage' opeenvolgend op de opgegeven locatie afgedrukt onderaan de pagina.
Als u 'No Use' gebruikt, wordt Soft Logo-afdruk niet uitgevoerd onderaan de pagina.
Als u 'All - BMP' selecteert, worden alle BMP-gegevens in de map 'EndDoc' op de opgegeven locatie afgedrukt aan het einde van het document. Als u 'Sequential - BMP' selecteert, worden alle BMP-gegevens in de map 'EndDoc' opeenvolgend op de opgegeven locatie afgedrukt aan het einde van het document.
Als u 'No Use' gebruikt, wordt Soft Logo-afdruk niet uitgevoerd aan het einde van het document.
Uw printer kan twee verschillende types randapparaten bedienen, ofwel een 'Buzzer', ofwel een 'Cash Drawer'.
Als er geen randapparaat 1 is aangesloten op uw printer, kunt u deze instelling en zijn opties negeren. (Deze configuratie wordt genegeerd.)
De printer kan het randapparaat dat u hebt aangesloten op circuit nummer 1 op verschillende tijdstippen activeren tijdens het afdrukken van documenten.
Kies de optie 'Document Top' om uw randapparaat slechts eenmaal te activeren voordat het afdrukken begint. Kies de optie 'Page Top' om uw randapparaat te activeren voordat het afdrukken van elke pagina begint. Kies de optie 'Page Bottom' om uw randapparaat te activeren nadat het afdrukken van elke pagina is voltooid. Kies de optie 'Document Bottom' om uw randapparaat eenmaal te activeren nadat het afdrukken is voltooid.
Als u een kassalade als randapparaat 1 hebt aangesloten, kunt u de activeringspuls via deze instelling regelen.
Verschillende kassaladen vereisen verschillende pulsbreedten. Kies uit de verschillende opties totdat uw kassalade betrouwbaar opent.
Als u een zoemer hebt aangesloten op uw randapparaat 1, kunt u de duur van de beltoon via deze instelling regelen.
Selecteer een geschikte duur voor de toepassing die u gebruikt. Kies de tijdsduur die het beste aansluit bij uw toepassing: langer voor meer aandacht of korter voor minder storing.
Als u een zoemer hebt aangesloten als uw randapparaat 1, kunt u de duur tussen de tonen via deze instelling regelen.
Deze instelling kan de duur tussen de tonen van randapparaat 1 regelen wanneer herhaald bellen is opgegeven. Korter voor snelle reeksen of langer voor meer over de tijd verdeelde reeksen.
Als u een zoemer hebt aangesloten als randapparaat 1, kunt u het aantal tonen dat de zoemer per activering uitzendt, configureren.
Ongeacht het aantal tonen dat u hebt geconfigureerd, kunt u de zoemer stoppen door op de toets 'FEED' te drukken.
Uw printer kan twee verschillende types randapparaten bedienen, ofwel een 'Buzzer', ofwel een 'Cash Drawer'.
Als er geen randapparaat 2 is aangesloten op uw printer, kunt u deze instelling en zijn opties negeren. (Deze configuratie wordt genegeerd.)
De printer kan het randapparaat dat u hebt aangesloten op circuit nummer 2 op verschillende tijdstippen activeren tijdens het afdrukken van documenten.
Kies de optie 'Document Top' om uw randapparaat slechts eenmaal te activeren voordat het afdrukken begint. Kies de optie 'Page Top' om uw randapparaat te activeren voordat het afdrukken van elke pagina begint. Kies de optie 'Page Bottom' om uw randapparaat te activeren nadat het afdrukken van elke pagina is voltooid. Kies de optie 'Document Bottom' om uw randapparaat eenmaal te activeren nadat het afdrukken is voltooid.
Als u een kassalade gebruikt als randapparaat 2, wordt de pulsbreedte vast ingesteld op '200 milliseconds'.
Als u een zoemer hebt aangesloten op uw randapparaat 2, kunt u de duur van de beltoon via deze instelling regelen.
Selecteer een geschikte duur voor de toepassing die u gebruikt. Kies de tijdsduur die het beste aansluit bij uw toepassing: langer voor meer aandacht of korter voor minder storing.
Als u een zoemer hebt aangesloten als uw randapparaat 2, kunt u de duur tussen de tonen via deze instelling regelen.
Deze instelling kan de duur tussen de tonen van randapparaat 2 regelen wanneer herhaald bellen is opgegeven. Korter voor snelle reeksen of langer voor meer over de tijd verdeelde reeksen.
Als u een zoemer hebt aangesloten als randapparaat 2, kunt u het aantal tonen dat de zoemer per activering uitzendt, configureren.
Ongeacht het aantal tonen dat u hebt geconfigureerd, kunt u de zoemer stoppen door op de toets 'FEED' te drukken.
Dit stuurprogramma biedt u verschillende vooraf gedefinieerde papierformaten.
U kunt ook aangepaste papierformaten maken met een door de gebruiker gedefinieerd papierformaat via de afdrukwachtrij van Windows.
Elk papierformaat wordt gedefinieerd met een specifieke breedte en hoogte die het afdrukbare gebied aanduidt. U hoeft geen marges aan te brengen in uw documenten.
De papierformaten met het woord 'Receipt' (kassabon) in de naam zijn bedoeld voor afdruktaken met variabele lengten, zoals kassabonnen. Wanneer u dit papierformaat gebruikt, dient u de optie 'Receipt' van de instelling Paper Type te gebruiken.
De configuratie van het papierformaat kan worden gewijzigd volgens de huidige configuratie van de toepassingen die u gebruikt.
Als er in uw toepassing geen configuratie is voor papierformaat, gebruikt u de volgende instelling. Het configureren van dezelfde waarde op 3 locaties wordt aanbevolen.
De vooraf gedefinieerde papierformaten die door het stuurprogramma voor de TSP650II worden ondersteund, worden hieronder weergegeven.
Configuratiewaarde | Standaardwaarde | Afdrukbreedte | Lengte |
---|---|---|---|
72mm x 200mm | 72 mm | 200 mm | |
72mm x Receipt | ○ | 72 mm | 3.000 mm |
50.8mm x 200mm | 50,8 mm | 200 mm | |
50.8mm x Receipt | 50,8 mm | 3.000 mm | |
Star Thermal 80mm x A4 | 72 mm | 297 mm | |
Star Thermal 3inch x Letter | 72 mm | 11 inch |
Als u door gebruikers gedefinieerde papierformaten wilt maken, kunt u de Windows-functie Printerwachtrij gebruiken en de onderstaande procedure volgen.
De volgende papierformaten worden door het printerstuurprogramma van de TSP650II ondersteund.
Het door gebruikers gedefinieerde papierformaat valt binnen het volgende bereik.
Papierbreedte | Minimale waarde | 25,4 mm |
---|---|---|
Maximale waarde | 72 mm | |
Papierhoogte | Minimale waarde | 25,4 mm |
Maximale waarde | 3276,7 mm |
Uw printer ondersteunt een reeks printerlettertypen en lettertypen voor streepjescodes. Deze lettertypen zijn in uw printer ingebouwd en te selecteren vanuit uw toepassing.
U kunt deze typen gebruiken wanneer de optie 'Print Mode' is ingesteld op de instelling 'Line'.
Met apparaatlettertypen kunt u zowel hoge afdrukkwaliteit als afdruksnelheid krijgen. Met de lettertypen voor streepjescodes kunt u streepjescodes afdrukken door een van de deze lettertypen toe te passen op het gedeelte van uw document waarin de opmaak en gegevens van de streepjescode worden beschreven. Met het besturingslettertype kunt u verschillende aspecten van het gedrag van de printer beheren, waarbij specifieke gedragingen die aan specifieke tekens zijn toegewezen met het besturingslettertype.
Klik hier om een andere helppagina te openen waarin deze lettertypen uitgebreider worden beschreven.
TSP650II
Windows 7 (32-bits/64-bits)
Windows 8 (32-bits/64-bits)*
Windows 8.1 (32-bits/64-bits)*
Windows 10 (32-bits/64-bits)*
* Raadpleeg de Installation Manual voor details.
Copyright © 2018 Star Micronics Co., Ltd. Alle rechten voorbehouden.